Fietsen langs de ViaRhôna: een tocht bij toeval

Jan van Putten

Op weg naar de Alpe d’Huez om daar onze kleinzoon Lars aan te moedigen bij het voor het goede doel bedwingen van de berg, stuiten we in de buurt van Bellegarde-sur-Valserine bij toeval op een bordje ViaRhôna. Deze ontmoeting zorgt voor een wending in onze vakantie.

We halen de fietsen van de camper en we besluiten een rondje te toeren. Grotendeels via vrij liggende fietspaden maken we een toertje langs een gedeelte van de Rhône. Nadat we als trotse grootouders Lars als eerste in zijn groep hebben zien bovenkomen, wordt het tijd om de rest van onze vakantie te plannen. Het fietsen van het stukje ViaRhôna is ons zo goed bevallen, dat we besluiten om reisplannen naar Spanje uit te stellen. We gaan eerst een paar grotere stukken van deze route langs de Rhône rijden.

Op camping Le Nant Matraz, even buiten Seyssel, zien we een magnifiek vrij plekje, pal aan de Rhône. Maar helaas is de poort tot 16.00 uur dicht. Met enige moeite krijgen we iemand van de camping aan de telefoon. En dan krijgen we de code van het hek. Installez-vous, s’il vous plaît. 

Moerasgebied 

Achteraf bezien blijkt Seyssel als startpunt onbedoeld een goede keus: het eerste deel van Genève naar Seyssel is nogal lastig, met soms pittige hellingen. Deze fietsroute begint bij Saint-Gingolph aan het Meer van Genève en komt na ongeveer 820 kilometer aan bij Sète aan de Middellandse Zee.  

Onze eerste fietstocht gaat naar Chanaz, fraai gelegen op het punt waar het kanaal naar het Lac du Bourget begint. Het blijkt een soort Giethoorn in het klein, met steigers, bootjes, bruggetjes en vooral veel water. Omdat we telkens vanaf de camper fietsen, moeten we om ’s avonds weer thuis te zijn rondjes fietsen, un boucle, zoals de Fransen zeggen.  

Op de terugweg vanuit Chanaz bezoeken we het Marais de Lavours, een van de laatst overgebleven moerasgebieden in het noordelijke deel van de Rhône. 

Het sentier des pilotis, een prachtig wandelpad op palen, brengt ons na ruim een kilometer lopen in het hart van dit moeras. Ooit was dit een immens meer, waarvan nu alleen nog het Lac du Bourget over is. Terug bij de camper genieten we met het uitzicht op Seyssel van een heerlijk glas Vin de Savoie, waarvan deze stad de bakermat is. 

Desastreuze brand 

Onze volgende stop met de camper is Chanaz, waar we ook al met de fiets waren. Pal achter de boogbrug over het Canal de Savières ligt de mooie camping municipal Des Îles. En via de boogbrug zijn we zo in het dorp. 

Vanuit Chanaz fietsen we naar Belley, waar de Franse gastronoom Jean Anthelme Brillat-Savarin in 1755 werd geboren. We steken de Rhône over via de Vieux Pont bij Rochemaure, waar deze passerelle himalayenne al in de negentiende eeuw is aangelegd en bereiken Belley. Deze hoofdstad van de regio Bugey dateert uit de vijfde eeuw, maar daarvan vinden we weinig terug: na een desastreuse brand is de stad in de veertiende eeuw opnieuw opgebouwd.  

Wat is gebleven is het zicht op de Grand Colombier, met z’n 1.534 meter hoogte een van de beruchtste cols uit de Tour de France. Iets zuidelijker is speciaal voor fietsers in 2019 een futuristische staalconstructie gebouwd voor een passerelle vélo.  

Schitterend orgel 

We slaan een stuk van de Rhône over om onze zoon en zijn gezin te bezoeken, die in de buurt van Die staan. Vandaar zoeken we de ViaRhôna weer op. We belanden in Viviers, op de camperplaats van Camping-Car Park, de voormalige camping municipal. Via een achterafweggetje komen we in het centrum bij de Kathedraal Saint-Vincent uit de twaalfde en de veertiende eeuw, dat overigens bij een aardbeving in 2019 behoorlijk beschadigd is geraakt. 

Als we aankomen, komt er een groep Amerikaanse toeristen naar buiten. Speciaal voor hen is hoofdorganist Valéry Imbernon van een Parijse kathedraal ingevlogen om een concert te geven. 

Zijn uitnodiging om het schitterende orgel even te bespelen sla ik niet af. Bijzonder om zo’n fraai orgel te bespelen, terwijl een bekende Franse organist de registers trekt. Wie van andere musici houdt, kan bij het restaurant Le Tennessee het meer dan drie meter hoge standbeeld van Johnny Hallyday bewonderen.  

Middelbare school 

Een paar kilometer zuidelijk van Viviers splitst het Canal de Donzère-Mondragon zich af van de Rhône, om zich even na Mondragon weer bij de rivier te voegen. Het kanaal mist de charme van de rivier, zoals de Rhône bij Pont-Saint-Esprit: een plaatje! 

Het weer nodigt niet echt meer uit om te fietsen. We haasten ons dus in zuidelijker richting. Maar onderweg valt er nog meer dan genoeg te bewonderen. Misschien omdat het verhaal over Tartarin de Tarascon van schrijver Alphonse Daudet op de middelbare school zo’n indruk heeft gemaakt, maar in ieder geval besluiten we in Tarascon te stoppen. 

Het weer is inmiddels weer prima, maar Camping Tartarin, weliswaar gelegen pal aan de Rhône, is ons te druk en te duur. Camping Porte des Alpilles in het een paar kilometer verderop gelegen Saint-Etienne-du-Grès is een prima alternatief. Vandaaruit fietsen we naar Tarascon. 

Lavendelvelden

Het grote monster Tarasque, waaraan de plaats zijn naam dankt, ligt geketend op de binnenplaats van het imposante chateau, dat pal aan de Rhône ligt. Met zijn muren van bijna vijftig meter hoog domineert het kasteel de stad. Tarascon is een levendige stad met alle charme en activiteiten van het departement Bouches-du-Rhône. Ook het aan de andere kant van de Rhône op loopafstand gelegen Beaucaire is met een kasteel uit de elfde eeuw en een grotendeel uit de rotsen gehouwen abdij een bezoek meer dan waard.  

We laten de Rhône even in de steek en maken een uitstapje naar het hart van de Provence, naar Saint-Rémy-de-Provence. Vincent van Gogh verbleef hier een jaar als psychiatrisch patiënt in het ziekenhuis van het klooster Saint-Paul-de-Mausole en zijn gereconstrueerde kamer is te bezichtigen.

Saint-Rémy is een heerlijk stadje om te dwalen en te slenteren. Niet voor niets heeft het de bijnaam ‘Het kleine Provençaalse Parijs’. Net buiten het stadje, op de route naar de Alpilles, zie je de bewijzen dat de streek al ver voor de Romeinse tijd bewoond werd: de oude stad Glanum, in 600 v.Chr. gesticht door de Kelten, is een must voor liefhebbers van opgravingen. 

Zee en strand 

Vanaf Saint-Rémy maken we een prachtig fietsrondje door Les Alpilles. Vooral in de buurt van Les Baux-de-Provence is het uitzicht geweldig: aan de ene kant over de beste olijfgaarden van Frankrijk, aan de andere kant een weids uitzicht over de omgeving. 

Door het Parc naturel régional des Alpilles komen we via de D17 in Arles. De camperplaatsen zijn niet om over naar huis te schrijven. Als je de omgeving voor lief neemt, is de camperplaats op de parking Quai de la Suisse goed om te doen, maar op de rest is armoe troef.  

Er zijn wel leuke plekjes, zoals vroeger de Plage de Piemanson, maar daar schijnt overnachten verboden te zijn. Wij nemen het risico maar niet. Wie een goede camping zoekt, kan terecht op de Camping les Bois Flottés de Camargue, nabij Arles en de Camargue. 

Onze Rhône-reis eindigt hier met een duik in de Méditerranée, want ook al stellen de camperplaatsen hier niet veel voor, de zee en het strand zijn prima. En dan alsnog op naar Spanje. Via de Middellandse Zeekust scharrelen we naar de Costa Brava, Naar Garriguella. Onze dochter en haar gezin staan op Vell’ Emporda. Ook zeer de moeite waard.