Dansen op sneeuw en ijs in de Franse Alpen

Bert Romani

We zijn op weg naar Briançon in de Franse Alpen. Deze markante Alpenstad trekt al tijden om juist hartje winter eens te bezoeken en het skigebied Serre Chevalier te verkennen. Maar voor het zover is, blijven we een paar dagen in Vaujany hangen, vlak bij Alpe d’Huez. 

CP Serre Chevalier

Het dorpje aan de flanken van het skigebied van Alpe d’Huez is een van mijn favoriete parels in de Alpen. Een knus authentiek dorp met een directe toegang tot alle liften en pistes van het grote skigebied. Een enorm grote gondel tilt je in één keer tot ver boven de boomgrens. Het uitzicht is fenomenaal en de keuze aan pistes ongekend. 

De camperplaats ligt precies onder het dalstation. En direct ernaast ligt een heerlijk verwarmd zwembad, voorzien van glijbanen, kinderbaden en een kleine wellness met sauna. 

Elegante bochten 

Er wordt op de camperdeur geklopt. Onze skivrienden Edwin en Jeanet Rontberg verblijven in de mooie gîte Chalet Solneige. Edwin is telemarkinstructeur en ik ga dankbaar gebruikmaken van zijn diensten, want mijn techniek kan wel bijgeschaafd worden. 

De ouderwetse skitechniek uit het hoge noorden van Scandinavië is de oervorm van het alpineskiën. Je hak zit los van de binding en je maakt elegante bochten door diep door de knieën te gaan. Een aanslag op mijn ongetrainde beenspieren, maar ik heb er alle vertrouwen in dat Edwin mij de juiste tips geeft. 

De rit naar boven met twee gondels duurt samen een kleine twintig minuten. Onderweg zien we de gemzen vervaarlijk over de steile rotsen springen, op zoek naar eten, hetgeen schaars is in de winter. Her eerste stuk van de afdaling is een vals plat. Even wennen weer aan die losse hielen. Het zwabbert wat, maar na een paar bochten komt het gevoel langzaam weer terug. 

We kiezen voor de Pic Blanc, het hoogste punt van het skigebied, want met het mooie weer is de afdaling over de gletsjer de Sarenne een hoogtepunt. Maar liefst zestien kilometer non-stop afdalen. Dat worden verzuurde bovenbenen. Edwin lacht enorm. Hij is topfit en schiet er meteen vandoor. Hij rijgt zijn bochten vloeiend aan elkaar, als een volleerd dansleraar zwiert en zwaait hij omlaag. Ik volg samen met Jeanet, die al even stijlvol afdaalt.

Ik compenseer mijn gebrek aan techniek met kracht en dat eist al snel zijn tol. Mijn beenspieren lopen vol en ik moet een extra pauze nemen. Mijn vrouw Carla lacht en glijdt op haar alpineski’s fluitend voorbij. De koffiepauze onder aan de piste komt mij goed van pas. Even herstellen en de tips van Edwin verwerken. “Probeer ritmisch te skiën en denk altijd een bocht vooruit en houd je gewicht goed in het midden...” Het lijkt zo makkelijk! 

Pirouetten

We zijn uitgenodigd op het ijsgala. Want behalve een prachtig zwembad op wedstrijdniveau heeft Vaujany ook een ijshal op olympisch formaat voor ijshockey en kunstschaatsen. En vanavond demonstreren internationale wereldsterren en olympische kampioenen hun kunsten op het ijs. We zitten eerste rang en verbazen ons over de souplesse van de kunstschaatsers. 

Vooral een Russisch ijsdanspaar steelt de show met pirouetten, rittbergers en verschillende figuren waarbij de dame rond de heupen van de man slingert. IJzingwekkend, maar vooral ook indrukwekkend hoe ze de balans weten te behouden op de dunne ijzers. Dan is een rondje telemarken maar kinderspel op die brede latten. 

Na de show worden we verwend met warme wijn, hapjes en drankjes en mogen we tussen de lokale vips en kunstschaatsers samen met de burgemeester toasten op een geslaagd ijsgala.

Vermoeid van de hele dag duiken we onder onze dekbedden. De thermostaat op 12 graden, een dakluik op een kiertje voor de ventilatie en we zetten geen wekker. Het is vakantie en we worden vanzelf wakker van de eerste gondel omhoog. 

Hoge sneeuwwallen 

Om in Briançon te komen, moeten we over de Col du Lautaret. Een pas van 2.058 meter hoogte, die ons vanuit Le Bourg-d'Oisans een eind omhoog brengt. Het heeft weer goed gesneeuwd en de weg is grotendeels vrij, maar hier en daar ook bedekt met sneeuw en ijs. 

We passeren de afslag naar Les Deux Alpes en het kleine skidorp La Grave en dan kondigen de eerste haarspeldbochten zich aan. De winterbanden doen hun werk en met een rustig tempo komen we zonder kettingen boven. Het waait hard en de stuifsneeuw belemmert af en toe het zicht. De pas wordt hierdoor regelmatig afgesloten, mede vanwege het lawinegevaar. De hellingen lopen hier steil omhoog en een kleine sneeuwverschuiving zorgt algauw voor meters hoge sneeuwwallen op de weg. 

We dalen rustig af. Omlaag met de camper over een half besneeuwd wegdek vraagt enige discipline. Op de motor afremmend en de snelheid laag houdend komen we veilig aan in Serre Chevalier. De camperplaats is snel gevonden en na een telefoontje wordt de ketting ontgrendeld en kunnen we ons kampement opslaan. De plek is eenvoudig, maar er is stroom, vers water en een put om grijs water te lozen en de toiletcassette uit te spoelen. En op twintig meter afstand is de eerste lift omhoog. 

De volgende ochtend worden we wederom verrast met twintig centimeter verse sneeuw en een zonnetje dat zich tussen de wolken en mistflarden door wringt. Het belooft een prachtige dag te worden. We gaan van lift naar lift en doorkruisen van rechts naar links het gebied van Serre Chevalier. Wat een verrassende pistes en zo heerlijk rustig vergeleken met de pistes direct boven Alpde D’Huez. Blijkbaar nemen veel wintersporters niet de moeite om over de Lautaret te klimmen naar deze uithoek. We skiën de hele dag, want als de condities zo goed zijn, moet je ervan profiteren. 

Touretappe 

In Briançon komt de sneeuw met bakken uit de lucht. Het zicht op de pistes is vrijwel nul en dus is er tijd om de oude vestingstad te bezoeken. Sneeuwlaarzen aan, hoed op en gaan. In de zomer wordt de stad vooral door fietsers bezocht. Menig touretappe is er vertrokken of gepasseerd. Maar in de winter zijn het vooral skiliefhebbers die lekker komen shoppen, van een lunch genieten en een dagje stad als alternatief kiezen bij slecht weer. 

De belangrijkste autovrije straat gaat steil omlaag dwars door de oude binnenstad. Links en rechts verrijzen de kleurrijke gevels op van de monumentale huizen. Fijn dat de lokale middenstand voor een laagje zout op de stoep zorgt, zodat het niet een al te grote glibberpartij wordt. Kinderen sleeën al lachend voorbij. 

Briançon is de hoogst gelegen stad van Frankrijk op 1.326 meter en het opvallende fort is een verdedigingswerk uit de achttiende eeuw. De hand van bouwmeester Vauban is zichtbaar en de vestingwerken staan op de Werelderfgoedlijst van Unesco. Door de strategische ligging vlak bij de grens met Italië is de stad door de eeuwen heen een militair bolwerk geweest. 

Kettingen om 

We willen weer richting huis, maar het heeft de hele nacht gesneeuwd en er ligt een flink pak op de camper. Eerst uitgraven dus maar en kijken of we op de openbare weg kunnen komen. Met horten en stoten en wat doorslippen vinden de winterbanden net genoeg grip. De sneeuwschuivers rijden af en aan. En dan een groot bord: Col de Lautaret fermée. 

Via de verkeersinformatie horen we dat we vandaag geen kans maken en dat de enige uitweg via Montgenèvre is. En dat is behalve heel wat kilometers extra ook een pittig bergpasje omhoog. Aan de voet daarvan een volgend waarschuwingsbord: verboden voor vrachtwagens. Bocht voor bocht klimmen we richting het Franse skigebied boven op de gelijknamige pas. Zolang we grip hebben, tuffen we zonder kettingen door. 

En dan na een bocht is het mis. Een vrachtwagen overdwars die geen kant meer uit kan. Gendarmerie erbij, knipperlichten en zwaaiende verkeersregelaars. We vallen stil en dan weet ik genoeg: kettingen om! Na het omleggen rijden we stapvoets verder en zien links en rechts mensen ploeteren met de kettingen. Even later mogen ze er alweer af, want de afdaling aan de Italiaanse kant gaat vooral door lawinetunnels en galerijen. 

We rijden langs Claviere en de skiegebieden rondom Sestriere en schieten bij Bardonecchia de Fréjustunnel in naar het Mauriennedal. Met pijn in het hart passeren we tal van Italiaanse en Franse skiegebieden. Eigenlijk willen we nog helemaal geen afscheid nemen van de besneeuwde hellingen. Gelukkig wordt het volgend jaar weer winter.