Wintercamperen in de Franse Alpen

Door Leo van Dooren (tekst en foto's)

Camperaar Leo van Dooren gaat drie weken wintercamperen in de Franse Alpen. Zijn hartverwarmende conclusie: Paradiski, on reviendra.

We komen aan in Albertville, waar we in zo’n enorm centre commercial de camper bevoorraden voor minstens een week. Bij Moûtiers, waar we normaliter doorgaan naar Courchevel of Les Menuires, gaan we nu linksaf de Tarentaise in. Het eerste wintersportgebied dat we tegenkomen, is dat van La Plagne. We moeten een steile en lange pas bedwingen en komen uiteindelijk aan in Plagne Villages, op 2.100 meter hoogte, waar volgens ons campergidsje een prima camperplek moet zijn voor zestien campers.

Wintercamperen Franse Alpen 1Paradiski

Er is nog net één plekje en na telling blijken er maar liefst dertig campers te staan. Hutje mutje dus, maar mét stroom, voorzieningen en veel gezellige campervrienden: bij mooi weer de volgende dag wordt er van alle kanten geproost in het Frans, Duits, Engels en Vlaams en worden we uitgenodigd om erbij te komen zitten. Wisselende weersomstandigheden, zoals die in de bergen vaker voorkomen, kunnen de pret niet bederven: een heerlijk weekje is ons deel. Een dagje skiën met een instructeur in een kleine groep is een hele belevenis en Pierre van skischool Oxygène laat ons in vliegende vaart de mooiste plekjes van het gebied zien. Omdat we een klasje zijn, mogen we bovendien alle rijen wachtende mensen voor de lift passeren en dat is ook wel eens leuk.


De funiculaire brengt de skiërs in acht minuten van een hoogte van 800 naar 1.600 meter

Olympische camperavonturen

Onderweg naar beneden passeren we de olympische bobbaan en daar willen we wel eens nader kennis mee maken. De baan blijkt volop in gebruik als toeristische attractie. Er is een speciale bob ontwikkeld voor vier personen, die zichzelf stuurt. Dat willen we beleven en een halfuurtje later krijgen we een grote integraalhelm aangemeten, stappen in de enorme bob, worden vastgesjord in de gordels, krijgen een flinke duw en denderen naar beneden. Met een vaart van 80 kilometer per uur bonken we door de enorme bochten naar beneden. Nog natrillend van de stoot adrenaline nemen we ons olympisch diploma in ontvangst en worden terug naar boven gereden. En dan te bedenken dat een echte bob dit kunstje doet met 120 kilometer per uur.

De hoofdstad Bourg-Saint-Maurice van de regio blijkt een mooi plaatsje met een oud centrum, een McDonald’s voor de wifi en de nodige supermarkten. Een prima basis dus. Voorzien van de nodige voorraad gaan we een stukje terug naar Landry, de toegang tot le site nordique, op 1.500 meter hoogte gelegen in Peisey Nancroix. Na de drukte en hectiek van de pistes van La Plagne een waar toevluchtsoord van ruimte en rust. We willen een weekje wandelen, langlaufen en genieten van de immense natuur.

Camping Les Lanchettes

We belanden op Camping Les Lanchettes en dat blijkt een voltreffer. Rustig aan en gauw een beetje, is hier het motto. Het oudere echtpaar dat de camping runt, moet alles alleen doen, maar de accommodatie en de camperplekken zijn keurig verzorgd. Madame runt zelfs drie keer in de week een petit restaurant, waar de campinggasten op bestelling een door haar bereide maaltijd kunnen krijgen.

Omgeven door de machtige bergen van het Parc national de la Vanoise komen we de week door met tal van activiteiten: wandelen met raquettes, een soort sneeuwschoenen; een cursus langlaufen vrije stijl; een soort schaatsen op ski’s; een tochtje met de Fer à cheval, een slede getrokken door een paard; en natuurlijk genieten van de zon en relaxen naast de camper. Kortom: leven als een koningspaar. De gratis shuttlebus, die bij de camping stopt, gaat naar Peisey, een skidorpje net onder het skicircus van Les Arcs. In het oude centrum lijkt de tijd te hebben stilgestaan. We komen langs het kaaswinkeltje Gaec Alpin, waar de lokaal geproduceerde kaas Beaufort wordt verkocht. Even naar binnen natuurlijk. Madame snijdt vol overgave een stuk voor ons af, juste pour goûter, alleen maar om te proeven. Heerlijk zeg, dat is pas kaas. Kopen dus.


Trots op de Beaufort van Peisey-Nancroix

Camping Le Versoyen

Zij geeft ons de tip om als we tijd hebben even een bezoek te brengen aan Le Chèvrerie, de geitenboerderij. We wandelen ernaartoe, steken onze hoofden om de deur en worden verwelkomd door het gemekker van tientallen geiten. De boer laat ons vol trots de lammetjes zien, die pas enkele dagen oud zijn, terwijl we bijna overvallen worden door de grote meisjes. Wat zijn die beesten nieuwsgierig en aanhankelijk! Terug op de camping nemen we afscheid van Patrick en Marie Josée, die nog wel even kwijt willen dat hun zoon Sébastien aan de voet van de pas ook een prima camping heeft, mét zwembad en dat we op deze Camping l’Eden ook van harte welkom zijn met de camper. We moeten echter weer terug naar Bourg-Saint-Maurice om de nodige boodschappen te doen.


Gezelligheid op de wintercamping

Camping Le Versoyen is ons toevluchtsoord voor de laatste week. Een gratis busje van de camping brengt de gasten op gezette tijden naar de twee kilometer verderop gelegen funiculaire, het treintje dat het hoogteverschil van achthonderd meter met Les Arcs in acht minuten overwint. Hier begint een waar skicircus, dat sinds tien jaar verbonden is met La Plagne door de Vanoise Express. In het Office de Tourisme hebben we een brochure over dit wereldwonder gelezen, maar we willen het natuurlijk met eigen ogen zien en zelf ervaren. Deze dubbeldeksgondel kan tweehonderd skiërs vervoeren en overbrugt de enorme kloof van 1.824 meter breed in vier minuten, met een snelheid van 45 kilometer per uur. Een ongelooflijk staaltje van vernuft.

Paradiski: een campervriendelijk gebied

In Les Arcs, Peisey-Vallandry en La Plagne, tezamen het Paradiski, zijn de skimogelijkheden op en buiten de piste voor beginners én waaghalzen ongekend. Tevens wordt er van alles georganiseerd voor wie de portemonnee nog verder wil opentrekken. Van héél vroeg in de ochtend op een lege piste skiën, tot laat in de avond met fakkels afdalen en nog veel meer. Na drie heerlijke weken Tarentaise is het helaas weer tijd om afscheid te nemen van dit campervriendelijke gebied, met zijn prachtige natuur. We rijden richting Moûtiers, kijken nog even om met weemoed en weten heel beslist: Paradiski, on reviendra.

Dit artikel verscheen in een andere vorm in Kampeerauto nr. 1 2015