Er komt geen water uit de kraan, wat te doen?
Het kan verschillende oorzaken hebben als er geen water uit de kraan stroomt. Het is daarom belangrijk om stapsgewijs het probleem op te sporen.
Omschrijving
Check 1: Is de kraan in orde?
Wanneer slechts 1 kraan geen water geeft en de andere wel, dan is waarschijnlijk die kraan defect of het filtertje van de uitloop verstopt. Controleer uiteraard ook het waterpeil van de drinkwatertank. Dit kan op het bedieningspaneel of door zelf te controleren.
Check 2: Draait de pomp?
Kan je de pomp wel horen draaien als je een kraan opent? Dan is er mogelijk een blokkade in de waterleidingen of is de pomp dusdanig vervuild of versleten dat deze geen water meer kan oppompen.
Een microschakelaar in je kraan schakelt de stroom in of uit, in het geval dat je camper een dompelpomp heeft. Een drukpomp wordt geactiveerd zodra de druk in de waterleiding daalt. Meestal is voor de waterpomp een schakelaar (en zekering) in het bedieningspaneel aanwezig.
Stap 3: Meet spanning
Draait de pomp niet, meet dan of hij spanning krijgt. Zet de multimeter op DC 20V. Meet met de rode meetpen de plusdraad (rood/bruin) en de zwarte meetpen de mindraad (blauw). De meter zou een spanning tussen de 12 en 14Volt moeten weergegeven. In plaats van een multimeter kan je ook een 12V spanningzoeker of controlelampje gebruiken. Te lage spanning kan ervoor zorgen dat de pomp niet goed genoeg kan pompen. Zorg er altijd voor dat je accu op peil blijft, de pomp kan dan zijn werk doen en je voorkomt schade aan je accu.
Stap 4: Controleer zekeringen
Als er helemaal geen spanning wordt gemeten, moet de oorzaak in de stroomvoorziening worden gevonden, zoals een zekering, of defecte schakelaar in de kraan.
Krijgt de pomp wel spanning, maar draait deze niet, dan is hij waarschijnlijk defect en moet de drukpomp vervangen worden of de dompelpomp. Voordat je begint met vervangen, schakel je eerst de 12V installatie van de camper uit.
Stap 5: Vorst(schade)?
Tijdens vorstperiodes kan het gebeuren dat water bevriest. Een bevroren waterleiding kan de watertoevoer blokkeren. De waterleiding of koppeling kan scheuren door uitzetting van bevroren water. Bevriezing kan je voorkomen door goed te verwarmen. Tijdens stalling voorkom je vorstschade door al het water af te tappen. Schoon- en vuilwatertank, boiler en leidingen lozen en de kranen openzetten.
