De provincie Luik

Het is maar liefst 50 jaar geleden dat wij op vakantie naar Oost-België gingen. Dus hoog tijd om dat nog eens dunnetjes over te doen. Als we Maastricht voorbij zijn komen we bij Visé in de Franstalige provincie Luik terecht en hebben we al direct het gevoel in het buitenland te zijn. Deze blog sluit aan bij het Rondje zwerven uit Kampeerauto 4-2023.

Abbaye du Val-Dieu

Onze eerste stop is bij de Abbaye du Val-Dieu in de gemeente Aubel, waar men van drie talen een curieus plaatselijk dialect heeft gemaakt. De abdij uit 1216, die in 1946 de eretitel basiliek kreeg, ligt aan de samenvloeiing van de Bel en de Berwinne. In 2001 zijn de laatste monniken verdwenen. Er wordt nog altijd volgens oud recept bier gebrouwen door een christelijke geloofsgemeenschap. De oude molen is ook nog in gebruik en in het vernieuwde winkeltje is van alles te koop op het gebied van de producten van de abdij. In het aangrenzende imposante park met een verscheidenheid aan bomen bevindt zich de St.Bernardusbron.

Knuppelstock

Bovenop de heuvel in het gehucht Knuppelstock, dat knoestige stok betekent, staat een uit steen gehouwen oriëntatietafel. Met bronzen elementen wordt aangegeven wat er in de wijde omtrek te zien is. Om er te komen moeten we naar St.Jean-Sart een behoorlijk stuk vals plat fietsen. De laatste 300 meter leggen we noodgedwongen lopend af en laveren we tussen de koeien door met bijbehorende flatsen naar het uitzichtpunt, dat uiteindelijk zeer de moeite waard is.

Aubel

De volgende dag rijden we naar het centrum van Aubel, dat bekend staat om de appelstroop en appelcider, vervaardigd van de appels van hoogstammige fruitbomen uit het Land van Herve.

We parkeren bij een oude locomotief en fietsen een stuk van de RAVeL ligne 38. Dit is een fietspad in Wallonië aangelegd op oude spoorwegbeddingen. Bij Fort Battice, een vesting uit de Eerste Wereldoorlog, die voor het grootste gedeelte dertig meter onder de grond ligt keren we weer om.

Limbourg en Clermont-sur-Berwinne

In Wallonië liggen drie prachtige oude dorpen, waarvan we er twee bezoeken: Limbourg en Clermont-sur-Berwinne. Limbourg torent uit op een steile rots aan de oevers van de Vesder. Diverse straten en steegjes zijn rijkelijk voorzien van bloemen. Het centrale plein is geplaveid met keien uit deze rivier. In het voormalige Vredegerecht huisvest tegenwoordig het toeristenbureau. Een mooie maquette laat zien hoe vroeger het hele dorp eruit zag.

In Clermont sur Berwinne rijden we door de poort van het vroegere gemeentehuis. Het dorpsplein bestaat uit eeuwenoude bouwwerken van verschillende stijlen. Je waant je hier in een openluchtmuseum.

De stuwdam van Gileppe

De Barrage de la Gileppe is de oudste stuwdam van Europa, die enige tijd geleden met 12 meter is verhoogd. Het stuwmeer voorziet in de drinkwaterbehoefte van nagenoeg de hele provincie Luik met uitzondering van de stad zelf.

Naast het meer staat een 77 meter hoge toren. De gratis lift brengt ons naar het panoramadek voor een magnifiek uitzicht over de omgeving. Op de stuwdam staat een groot beeld van een leeuw, die enigszins intimiderend naar het oosten kijkt om destijds de Duitsers op afstand te houden.

Verviers

Dan bezoeken we de wat grotere plaats Verviers en is het direct moeilijk om een parkeerplaats te vinden. Als dat is gelukt pakken we de fiets en willen we de fonteinenroute gaan rijden. Bij het Bureau du Tourisme krijgen we te horen dat als gevolg van de overstromingen in 2021 de fonteinen helaas niet meer werken. We concentreren ons dan maar op de murals en de Street Art. De regen zorgt ervoor dat we eerder terug zijn bij de camper dan gepland.

Sedoz

In het gehucht Sedoz maken we een wandeling langs de Ninglinspo, het enige bergriviertje dat België rijk is. Vanwege de gladde keien en de bovengrondse boomwortels zijn goede wandelschoenen een must. We glibberen over boomstambruggetjes en schuren langs steile bergwanden. We overnachten op de parkeerplaats, want dat is in België overal toegestaan.

Spa

Spa staat in het teken van het bronwater. De naam Spa is als merknaam wereldwijd een begrip geworden. In Amerika bestaat er zelfs niet eens een andere naam voor bronwater. De grandeur is in het stadje nog altijd aanwezig. Dat komt onder meer door de statige gebouwen zoals het Etablissement des Bains, het casino en de dure auto’s die het straatbeeld bepalen. Wij gaan enkele bronnen bekijken en proeven de verschillende smaken van het opborrelende water. Het water van de Source de Tonnelet is door het zwavelgehalte niet echt lekker.

Circuit Francorchamps

Vlakbij de prachtige camping l’Eau Rouge ligt het motor- en autocircuit Francorchamps. Er wordt getraind met motoren en op de piste in het binnenterrein worden kwalificatiewedstrijden voor karts gereden. Het paviljoen en het terras zijn vrij toegankelijk.

Stavelot

Bij Stavelot, bekend van de overblijfselen van de abdij uit 651, ligt de steile Col de Stockeu. Deze maakt deel uit van de wielerklassieker Luik-Bastenaken-Luik en is zeer populair bij wielrenners. Halverwege deze klim komen recreatieve renners graag even op adem bij het standbeeld van de Belgische wielerlegende Eddy Merckx, waarop zijn belangrijkste overwinningen staan.

Coo

Lang geleden waren we in Coo om daar de watervallen te bekijken. Deze zijn nog hetzelfde maar de omgeving is in de loop der jaren behoorlijk commercieel geworden door onder meer de aanwezigheid van het attractiepark Plopsa Coo dat jaarlijks 300.000 bezoekers trekt. Reden voor ons om Coo na een uurtje weer achter ons te laten.

Moerasgebied de Hoge Venen

Een wandeling door het moerasachtige gebied de Hoge Venen mag natuurlijk niet ontbreken. Het pad gaat over houten vlonders zodat we de voeten droog houden en komt uit bij een uitkijktoren. Deze Hautes Fagnes kennen vele zeldzame plantensoorten die verder in Europa alleen te zien zijn in het uiterste noorden en in de bergstreken.

Vielsalm

De legende van Vielsalm is er een die draait om de heksen. Jongeren uit het dorp plukten jaarlijks bosbessen maar vonden na een strenge winter niets. Ze kruisten het pad van de oude vrouw Gustine Maka, die verdacht werd van hekserij. Zij had wel een mandje vol bessen. Zij nodigde de jongeren uit “tcha tcha”-moes van bosbessen te komen eten. Dat deden ze en veranderden allemaal in heksen ofwel Macrallen. Tot op de dag van vandaag duiken ze elke Macrallensabbat, het traditionele volksfeest, weer op.

In het Maison du Pays de Salm is naast de geschiedenis en de geologie van de streek een interactief parcours uitgezet waardoor het ook voor kinderen leuk is om te bezoeken.

Vroeger waren er geen koelkasten maar had men ijskelders. Een mooi voorbeeld hiervan staat in Vielsalm. In dergelijke kelders werden ’s winters uit een nabij gelegen meer ijsblokken gehakt en opgeslagen in een grote geïsoleerde kuip. Het ijs was bestemd om het kasteel van Hermanmont te bevoorraden. Later werd er een torentje met een trap en klokkentoren aangebouwd.

De geologische rijkdommen van de streek rond Vielsalm zoals coticule en leisteen zijn uniek voor de hele wereld. Coticule, een slijpsteen voor scheermessen is een vaalgeel gesteente en ongekend hard vanwege de granaatkorrels. Vanaf de camperplaats fietsen we over een pad langs de spoorlijn naar Salmchâteau waar een klein museum geheel gewijd is aan deze steensoort en te zien is hoe deze gedolven en bewerkt werd. De aders in de stukken gesteente zijn goed te zien. Het museum ligt verscholen in het bos en is met de camper moeilijk bereikbaar.  

Tekst en beeld: Elze en Rob Klute

Gpx-routebestand

- Het routebestand

Overnachten

Parking Barrage de la Gileppe, Jalhay 24937
Camperplaats Aywaille, Aywaille 18388
Camping L’Eau Rouge, Stavelot 22005
Parking Station van Vielsalm, Vielsalm 73084


De sitecodes verwijzen naar locaties op Campercontact.com