My first camper

Onze zuiderburen hebben er het mooiste woord voor: zwerfwagen. Dat roept meteen een beeld op van sleutel omdraaien en máánden wegblijven. Vrijheid, blijheid. Is het echt zo mooi en bent u al toe aan een camper? Tien vragen en antwoorden over het nieuwe zwerven. 
Tien vragen en antwoorden over het nieuwe zwerven.

My First Camper

Is een camper iets voor mij?
Dat zou heel goed kunnen. De opmars van de camper in Nederland – ten koste van de caravan – lijkt niet te stuiten. Volgens brancheorganisatie Bovag groeit het aantal kampeerauto’s dit jaar naar meer dan honderdduizend. In 2009 waren dat er nog 60.000. Met name pensionada’s zijn dol op (vooral tweedehands) campers. Ze hebben – meestal –voldoende geld en tijd.

Welke camper moet ik kiezen?
Dat is best een klus. Er zijn nogal wat typen, merken, groottes, indelingen en prijzen. Je hebt de bekende alkoof camper (met slaapuitbouw boven de cabine), de integraal camper (cabine en woonruimte sluiten naadloos aan, heel mooi en duur), de half-integraal of de buscamper (op basis van een bestelbus). En wil je een vast bed? Een grote zithoek of een ruime keuken? Het duizelt je in het begin.

Hoe ga ik dat aanpakken?
Koop nooit in een impuls een camper. Bezoek eerst een halfjaartje showrooms en websites (met camperforums). Of een van de vele camperbeurzen en evenementen die in het hele land worden gehouden. Op de Kampeer & Caravan Jaarbeurs in Utrecht (dit jaar van 14 tot en met 18 oktober) kun je bijvoorbeeld proefrijden in diverse typen campers. Heel handig: huur een paar keer een camper. Voor een weekje in Nederland of Duitsland bijvoorbeeld. Dan kom je er achter welke camper bij je wensen past. En, niet onbelangrijk, of het wel wat voor je is.

Dat zal best moeilijk zijn, camper rijden.
Ja, want een camper is een stuk groter dan je gewone auto. Je moet leren op je spiegels te rijden en achteruit inparkeren valt in het begin niet mee. Inhalen – maar waarom zou je op vakantie – gaat bovendien een stukje langzamer.

Nee, omdat je in het algemeen rap went aan rijden in een camper. Het blijft toch een auto. Je leert snel de bochten wat ruimer te nemen dan je gewend bent. Bij achteruit rijden stapt je medepassagier uit om aanwijzingen te geven.

De hoogte van een camper is wel een ding: je zult de eerste niet zijn die met zijn dak tegen een boomtak knalt.

Heerlijk die vrijheid. Ik kan nu overal gaan en staan.
Dat is niet helemaal waar. Doorgaans ben je aangewezen op camperplaatsen (speciaal voor campers bestemde parkeerplaatsen) of campings. Op zich is dat niet verkeerd, want daar is het (vaak) mooi en kun je je grijs (huishoudelijk) en zwart (chemisch toilet) water kwijt.

Als je toestemming van de eigenaar hebt, kun je op privéland staan. Boeren en wijnbouwers laten camperaars soms gratis op hun land toe, zodat je kennis kunt maken met hun producten (kopen wordt op prijs gesteld, zie infoblokje). Slapen in je camper langs de openbare weg mag in sommige landen en steden. Maar kamperen niet. Gezellig op het trottoir de barbecue uitklappen, is niet de bedoeling. Elk land heeft zijn eigen regels.

Bijna vergeten: heb ik een speciaal rijbewijs nodig?
Nee. Voor het besturen van motorvoertuigen tot 3.500 kilo (inclusief laadvermogen) volstaat een B-rijbewijs. De meeste campers blijven onder die gewichtsgrens.

Klinkt goed allemaal. Maar wat zijn de kosten?
Huren hangt af van het seizoen, het land en de grootte van de camper. Prijsidee huur in Nederland: een tweepersoons camper kost per week 695 tot 1.100 euro, inclusief schoonmaakkosten en kilometers. Bij kopen – een beetje tweedehands camper kost al snel 40.000 euro – krijg je te maken met onder meer motorrijtuigenbelasting (voor kampeerauto’s betaal je onder voorwaarden het kwart- of halftarief houderschapsbelasting, zie www.belastingdienst.nl).

Verder heb je kosten voor onderhoud, verzekering, stalling, brandstof en kampeerkosten. En afschrijving natuurlijk. Alles bij elkaar ben je snel 8.000 euro per jaar kwijt. Zet dat bedrag af tegen de kosten die je anders voor een ’normale’ vakantie maakt: voor vliegtickets, autohuur en hotels voor twee tot vier personen. En bedenk dat je met een camper voor dat geld snel zestig dagen per jaar op vakantie bent in binnen- en buitenland, kort en lang. Vrijheid heeft een prijs.

Waar ga ik heen met mijn camper?
Europa is (vooral buiten het hoogseizoen) een camperparadijs, met Nederland (telt vierhonderd camperplaatsen), Frankrijk en Duitsland (elk meer dan tweeduizend) voorop. In Europa kun je honderden mooie (camper)routes rijden.

Ideeën daarvoor kun je vinden op diverse camper- en vakantiesites (zoek op rondreizen). In de Michelin-gids ’Met de camper door Europa’ staan 75 interessante routes met service- en parkeerplaatsen, campings en restaurants. Want zeker voor een camperaar telt: op de bonnefooi gaan, moet je vooral doen, maar enige voorbereiding is onontbeerlijk.

Waar laat ik mijn camper buiten het seizoen?
Tenzij je in het gelukkige bezit bent van een grote oprijlaan of garage, zal je een stalling moeten zoeken. Een (grote) camper gewoon voor de deur zetten, mag niet (zie ook infoblokje).

Zijn er nadelen?
Een echt nadeel: ter plekke ben je minder mobiel. Ja, als je een giga-camper hebt waarin je een motor of autootje kunt meenemen, is er geen probleem (maar dat is meer iets voor in Amerika). Fietsen achterop kan natuurlijk wel. Handig voor toertjes, boodschappen of musea, al moet je dan wel dicht bij een stad gaan staan.

Informatie
Kijk eens op www.nkc.nl, de site van de Nederlandse Kampeerauto Club (NKC), Europa’s grootste club van camperliefhebbers. Hier vind je informatie over onder meer wetgeving, huren, reistips, techniek en routes.

De site www.campercontact.com geeft een goed overzicht van de enorme hoeveelheid camperplaatsen in Nederland en de rest van Europa.

Op www.anwb.nl/kamperen vind je informatie over soorten campers, rijden in een camper en campertesten.

Goede campergidsen: Facile-en-Route, campergids Europa en Michelins ’Met de camper door Europa’.

Interessant: een lidmaatschap op France Passion. Daarmee kun je gratis overnachten op privéterreinen van Franse wijnboeren, voor kampeerauto’s die geheel self-supporting zijn. Een lidmaatschap kost 29 euro per jaar. Zie www.facilemedia.nl/fp.html.

Tekst: Harri Theirlynck
Bron: Haarlems Dagblad