Friese camperplaatsen gaan niet concurreren

Aanleiding is een waarschuwing die het recreatieschap afgelopen zomer heeft gekregen van de Autoriteit Consument en Markt (ACM). Deze ziet erop toe dat overheden niet oneerlijk met het bedrijfsleven concurreren. Dat zou bijvoorbeeld het geval kunnen zijn als gemeenten niet alle kosten in het overnachtingstarief van een camperplaats doorberekenen.

Camperen in Friesland

In het recreatieschap werken de provincie Friesland en negentien Friese gemeenten samen om met name voorzieningen voor de watersport te realiseren. Afgelopen zomer maakte de organisatie bekend zich ook te willen inzetten voor de aanleg van camperplaatsen. Dit om de provincie aantrekkelijker te maken voor de groeiende groep van camperaars.

Overnachten of recreëren

Met name de branchevereniging van recreatiebedrijven Recron hamert er met enige regelmaat op dat dit kan leiden tot oneerlijke concurrentie met campings. Volgens de NKC is hiervan geen sprake, omdat een camperplaats heel wat anders is dan een camping. “De een is om te overnachten, de ander om te recreëren”, zegt manager verenigingszaken Marretje Jelmersma. “Ongeveer de helft van de camperaars verblijft op camperplaatsen. Als een gemeente geen camperplaats heeft, gaan die camperaars niet naar de camping, maar rijden ze door naar het volgende dorp. Gemeenten met een camperplaats zijn dus aantrekkelijk voor een bredere groep camperaars.”

Een werkgroep van het recreatieschap gaat onderzoeken hoe de deelnemende overheden kunnen voorkomen dat zij door de ACM op de vingers worden getikt. Een woordvoerder van de ACM wijst erop dat de regels rond concurrentie niet van toepassing zijn als de gemeenteraad vaststelt dat er met de exploitatie van een camperplaats sprake is van een algemeen belang: “Als de gemeenteraad dit niet heeft vastgesteld, moet de gemeente inzichtelijk kunnen maken dat de kosten van de camperplaats netjes in het overnachtingstarief zijn doorberekend. Dan is er geen probleem.”