Leven in de brouwerij

Door Marja van Kampen (tekst en foto's)

Met bier als cultureel erfgoed heeft België op dit gebied een naam hoog te houden. Omdat het najaar de Ardennen bovendien in prachtige herfstkleuren omtovert, is onze bestemming snel gekozen.

Brasserie de Bellevaux bij Malmédy:

Familiaal met échte passie

6 Streekhapje En Bier Bellevaux

Vanuit Maastricht rijden wij naar Brasserie de Bellevaux, mooi gelegen hoog boven  Malmédy. Tegenover de taverne ligt de brouwerij. Wil en Carla Schuwer hebben 23 jaar geleden hun huis en apotheek in Waalwijk verkocht om zich in Bellevaux te vestigen. In 2004 kochten ze een nabijgelegen boerderij om daar hun brouwerijdroom waar te maken. Wil Schuwer volgde een brouwersopleiding en na veel experimenteren durfden de twee in 2006 hun eigen bieren op de markt te brengen. Met succes. Ze brouwen kleinschalig: 100 duizend liter per jaar. “Het is de kunst om een bier te brouwen van constante kwaliteit.

Wij kunnen niet zeggen dat het een minder jaar is, zoals bij wijn. Dát is echte  vakmanschap”, zegt Carla Schuwer. Ook hun zoon Tom is nu brouwer. Brasserie de Bellevaux is geopend in de weekends, met uitzondering van januari. Aanschuiven bij een
rondleiding is altijd mogelijk. Wij zijn enthousiast over de goudkleurige Blonde,  alcoholpercentage 7 procent, met een frisse doch kruidige smaak van karamel en vanille. Een 8 voor de smaak en voor de sfeer een 10: wij komen terug. Overnachten doen we in het dal op de camperplaats Malmédy.

Bellevaux Blonde: 8

Brasserie d’Achouffe bij Houffalize:

Met feeën en kabouters

We nemen de binnenwegen en rijden als het ware door een levend schilderij. In het piepkleine dorpje Achouffe, gelegen in de Vallée des Fées, valt Brasserie d’Achouffe direct op. De twee oprichters zouden de receptuur tijdens een wandeling in het uitgestrekte
bos ingefluisterd hebben gekregen van kabouters. Vandaar dat ze op alle etiketten staan. In 2006 is de brouwerij overgenomen door Duvel Moortgat en wordt nu zeer commercieel geleid. De rondleidingen gaan aan de lopende band en de bus met Chinezen ontbreekt ook niet. “Oppassen bij de proeverij”, zegt onze gids Carine ondeugend, “want doordat Aziaten een bepaald enzym missen, zijn ze gevoeliger voor de heilzame werking van alcohol.” En dat is geen sprookje. Wij krijgen alleen het brouwhuis met vier grote roestvrijstalen ketels te zien: het gistingsproces gaat vanwege ruimtegebrek elders verder. Er wordt hier zo’n 150 duizend hectoliter per jaar gebrouwen. La Chouffe Blonde is onze favoriet, met een alcoholpercentage van 8 procent en een romige smaak met een vleugje koriander.

Wij geven de kabouters een dikke 8,5. Daarna rijden wij in twintig minuten door de mooie Vallée des Fées langs het stuwmeer naar de Barrage de Nisramont, een super overnachtingsplek. We maken daar nog een schitterende wandeling en bewonderen de stuwtechniek.

La Chouffe Blonde: 8,5

Trappistenbier Rochefort van Abdij Saint-Rémy:

Stilte en geheimzinnigheid

Een paar kilometer buiten Rochefort ligt de abdij Notre-Dame de Saint-Rémy. Jammer dat het klooster zo verscholen ligt en omgeven is door bordjes privé. Door de kloosterpoort vangen we een glimp op van koperen ketels, maar verder durven we niet te gaan, bang achternagezeten te worden door vijftien paters. Op de sobere abdijkerk na zijn de abdij en de iets verderop gelegen moderne brouwerij alleen toegankelijk tijdens een retraite. De huidige brouwtraditie startte rond 1900, eerst voor eigen gebruik en voor behoeftigen en geleidelijk commerciëler. Brouwers mogen de naam trappist alleen voeren als er écht met kloosterlingen op het eigen terrein wordt gebrouwen. In Wallonië zijn nóg twee trappistenbrouwerijen: Orval en Chimay. Bij abdij Saint-Rémy brouwen de kloosterlingen
zo’n 15 duizend hectoliter per jaar en hun bier is bijzonder door het gebruik van water uit bron van de Tridaine en om ‘n eigen kruidige smaak.

In Rochefort genieten wij van een glas trappist met een plankje rochefortkaas bij Café Gourmandise. Op aanraden van de
biersommelier kiezen wij voor no 8, een roodbruin tripelbier, 9,2 procent alcohol met een smaak die wij als vol, zoetig én fruitig prikkelend typeren, met een wat bittere afdronk. De paters krijgen een 7-, laag door gemis van gastvrijheid, want beleving telt ook. Nog helder in het hoofd, mede door de lekkere kaas, rijden wij rustig naar de camperplaats van Han-sur-Lesse.

Trappistenbier Rochefort no 8: 7-

Brasserie des Fagnes in Mariembourg:

Een heuse zoete inval

Ogenschijnlijk in the middle of nowhere ligt de uitspanning Brasserie des Fagnes, plus de brouwerij, in 1998 opgezet door Frédéric Andant. Geïnspireerd door zijn betovergrootvader, die in 1904 brouwer werd na een succesvolle carrière in de vechtsport. De mare ging dat je door het drinken van zijn Rêve d’Or sterke spieren kreeg. Ambachtelijke bieren zijn de laatste decennia hot en Frédéric Andant heeft dit prima in de markt gezet door een allround etablissement op te zetten, met als eyecatcher een vanuit het tavernegedeelte goed zichtbare moderne brouwerij. Verderop is een klein museum met onderdelen van brasserie Degauquier uit Chimay van 1858. Op de tap is keuze uit zes biersoorten, die via leidingen direct vanuit de opslagtanks worden aangevoerd en dat ziet er bijzonder uit. Families bezoeken de brasserie niet alleen voor de binnen- en buitenspeeltuin, maar ook voor het kinderbier en de streekgerechten.

Per keer wordt zeshonderd liter Fagnesbier in een tank gebrouwen en gaan er twee brouwsels in een gistingtank. Voor ons is de Super des Fagnes Scotch, een donkerbruin bier, de uitschieter. Met een alcoholpercentage van 7,5 procent en een zachte donkere moutsmaak die je lang bijblijft. Een 9 voor de brouwer. Camperaars mogen op een tegenover gelegen terrein overnachten, met zicht op de venen, maar wij kiezen voor het ruim drie kilometer verderop gelegen Nismes, met ook een mooie camperplaats.

Super des Fagnes Scotch: 9

Brasserie Caracole in Falmignoul:

Een dampend, borrelend mengsel

Brasserie Caracole werd in 1990 in Namen opgericht door François Tonglet en Jean-Pierre Debras. In 1992 kochten ze het pand in Falmignoul erbij, waar ze sinds 1994 productief zijn. Hogelijk verbaasd kijken wij bij binnenkomst in deze brouwerij rond, alsof we twee eeuwen terug de tijd zijn gestapt. Je loopt bijna op tegen de beroemde houten filterkuip met een dampend borrelend mengsel. Als enige in Europa stookt deze brouwerij nog op hout en dat is essentieel voor de smaak van dit Belgische bier. In 1766 was hier al een brouwerij en veel van die spullen staan er nog. De naam Caracole verwijst naar de bijnaam van de inwoners van Namen: slak.

Er wordt ongeveer 1.500 hectoliter per jaar gebrouwen. De namen van de vaste bieren klinken poëtisch: la Troublette, la Saxo, la Caracole, la Nostradamus, maar wij kopen een tray Triek, een fruitbier, om later te drinken. Dit bier blijkt erg zoet, heeft geen krieksmaak en is wat plakkerig, met een alcoholpercentage van 4 procent. Een magere 6, de aparte brouwmethode ten spijt. Wij rijden hiervandaan binnen een uur naar Abdij van Maredsous in Denée, waar we wel ter plekke het bier gaan proeven.

Triek: 6

Abdijbier Maredsous in Denée:

Waar Duvel voorspoed bracht

Het is gezellig bedrijvig rondom de Abdij van Maredsous uit 1872, die geen eigen brouwerij op het terrein heeft, omdat de Belgische wet dat binnen een straal van achthonderd meter van een school verbiedt. De slechts 28 monniken, waarvan drie kwart boven de 80 jaar, leven afgezonderd van de commercie. Pater Attout stelde met hulp van een bestaande brouwerij het eerste abdijbier Maredsous no 6 samen. Het bier werd aanvankelijk onder auspiciën van het klooster in Noord-Frankrijk gebrouwen, maar kwam in 1963 in handen van Duvel. ‘Met bier van Maredsous ga je naar de Duvel’, wordt gespot na wat pintjes. Inmiddels wordt er jaarlijks 45 duizend hectoliter bier gebrouwen.

De rondleiding in de abdij stemt ons deemoedig door de indrukwekkende kapittelzaal en de vierkante binnentuin, met daaromheen de sobere, mooie authentieke kloostergangen. In de eetzaal is nu een restaurant gevestigd, waar ook bier, kaas en brood onder het etiket Maredsous te koop is. Natuurlijk schuiven wij ook aan en bestellen een portie Maredsous-abdijkaas met Maredsous-tripel 10, diepblond bier met 10 procent alcohol. De smaak is zacht en ook wij proeven dat de zuurtjes, zoetjes en bittertjes perfect op de tong samen smelten, maar na de tweede voel je wel de duvel in je lijf. Dat geeft niet, want we overnachten hier met de camper. En het cijfer? Het is de gewaarwording met de abdij erbij die het beter doet voelen. Een 8 is het zeker. Licht slingerend slenteren wij naar de camper, met een sixpack blonde.

Maredsous-tripel: 8

Camperplaatsen

Camperplaats Malmédy, sitecode 116
Camperplaats Barrage de Nisramont, sitecode 9596
Camperplaats Han-sur-Lesse, sitecode 252
Camperplaats Mariembourg, sitecode 52998
Camperplaats Nismes, sitecode 5595

Gpx-bestanden

Download hier de gpx-bestanden van de route.

Meer informatie over het downloaden van gpx-bestanden staat hier.