De Zilvervloot - De prijs van een gratis plek

Door Rik en Nienke (tekst en foto's)

Rik en Nienke (beiden 27) zijn allebei afgestudeerd in de eerste helft van 2017. Ze leven en reizen momenteel fulltime in hun zelfverbouwde camperbus, met een budget van 1000 euro per maand. In een serie blogs schrijven ze over het leven in hun bus: de zilvervloot.  

De stem van de vrouw aan de andere kant van de lijn klinkt zeer vriendelijk. "Als u over 2 uur niets van ons gehoord hebt dan moet u weer even bellen!" Daar staan we dan. Boven op een berg in Roemenië. Gelukkig hebben we de noodles voor noodgevallen nog, zo kunnen we onze maag toch met iets vullen. Er is voldoende water, kleedjes en we hebben onze camper die ons beschermt tegen de snijdende wind.

De tijd van campercursussen en campingbezoeken hebben we achter ons gelaten. Na een korte tussenstop ter ere van een bruiloft reizen we naar Duitsland. Hier worden we verwend met de vele voorzieningen voor campers. Verder richting het oosten wordt het aantal camperplaatsen steeds schaarser. Dit maakt het leven in de bus aan de ene kant lastiger, maar aan de andere kant ook leuker. We besparen nu bewust door te overnachten op natuurplekken, parkeerplaatsen en plekken aan het begin van wandelroutes. Deze plekken vind je overal en ze zijn uiteraard gratis, maar er zijn geen voorzieningen aanwezig zoals op camperplaatsen. Dankzij deze overnachtingsplekken weten we de kosten voor accommodaties terug te dringen van 25 euro naar 10 euro per week.

Zo komen we ook terecht boven op die berg in Roemenië. Overdag hebben we prachtig weer en zijn de wandelingen een genot. Helaas slaat het weer 's nachts om. De plek van ons kampvuur is weggespoeld en de grond onder de camper is veranderd in een moeras. We krijgen vaak de vraag of onze bus een 4x4 terreinwagen is, maar dat is hij helaas niet. Na drie uur lang proberen om los te komen geven we de hoop op. We staan vast. Pas acht uur later arriveren de Roemeense hulptroepen met een grote schijnwerper en met wél een 4x4 terreinwagen. Binnen tien minuten staan we weer op het asfalt. Mooie gratis plekken hebben dus toch een prijs.

 

Doordat het weer snel grijzer wordt in het Oostblok besluiten we sneller door te rijden naar het zuiden. Echter, de aantrekkingskracht van de Griekse zon zorgt ervoor dat we eens in de vier dagen bij de pomp staan. Gelukkig is brandstof in Oost-Europa goedkoper dan in Nederland. Dit is gunstig voor ons budget, want door de extra kosten van de vorige maand moeten we het deze maand met minder dan duizend euro doen. Helaas moeten we wel bij iedere grensovergang een vignet aanschaffen. De Tsjechen leren ons daarbij een goede bespaartip: koop het vignet niet vlak bij de grensovergang maar zo'n 20 kilometer ervóór. Dit is soms de helft goedkoper. Betaal ook met een bankpas zodat er niet gerommeld kan worden met de prijs.

Moeiteloos baant de Zilvervloot zich zo een weg door Oost-Europa. We brengen een bezoek aan alle hoofdsteden. In deze steden parkeren we onze bus gratis buiten het centrum, waarna we op Hollandse wijze richting de binnenstad fietsen. Tijdens het dwalen door de straten kunnen we sommige musea niet laten schieten en ook door de geur van de lokale keuken worden we net iets te vaak verleid. En o, wat vinden we dat vervelend...