Betoverend Schotland

Martijn Lamme en Marjam Overmars (tekst en foto's)

Even ten zuiden van Fort William rijden we in het decor van een spannende scène uit Skyfall, de Bond-film uit 2012. In dezelfde Glen Coe Valley stond ook de hut van halfreus Hagrid, de sleutelbewaarder van Zweinstein uit de Harry Potter-films. De magie van het Schotse landschap heeft ook ons helemaal betoverd.

Het begint te regenen, maar hé, regen en Schotland schijnen bij elkaar te horen. Het (nog steeds Engelse) landschap is prachtig, met glooiende heuvels, veel schapen en koeien en af en toe een glimp van de Muur van Hadrianus.

Bij Walltown – vinden we wel een toepasselijke naam, vandaar – stoppen we bij het bezoekerscentrum om die Muur van Hadrianus nader te bekijken. Naamgever keizer Hadrianus was degene die besloot om tussen de jaren 122 en 130 deze muur te bouwen, om de noordgrens van het Romeinse rijk te verdedigen tegen aanvallen van de stammen die in het huidige Schotland woonden.

De Muur is inmiddels natuurlijk minder indrukwekkend dan toen: de bijbehorende grachten en vestingwerken zijn nagenoeg verdwenen en de meeste stenen zijn hergebruikt als bouwmateriaal. Maar nog steeds slingert de oorspronkelijk 117 km lange muur zich dwars door Noord-Engeland en is het een landmark van jewelste. Én hij is toegevoegd aan de werelderfgoedlijst van Unesco.

Gretna Green

We wandelen en klimmen naar de muur – gelukkig is het even droog – en genieten van het magnifieke uitzicht over Northumberland. We maken nog wat kwinkslagende grappen met Engelse toeristen – heerlijk zo’n land met een begrijpelijke taal en humor – moeten dan weer snel door naar onze volgende stop.

Die volgende stop is Gretna Green, vlak over de Schotse grens. Gretna Green is beroemd om zijn ‘run-away weddings’ sinds 1754. In dat jaar werd in Engeland een wet aangenomen dat jonge mensen minstens 21 jaar moesten zijn om te mogen trouwen zonder toestemming van hun ouders.

Maar Schotland, ‘being Scottish’, conformeerde zich niet aan die nieuwe wet en hield zich aan de oude traditie van 16 jaar, ook voor niet-Schotten. Gevolg was dat veel Engelse jonggeliefden naar Schotland vluchtten om daar snel te trouwen. Omdat Gretna Green vlak over de grens lag en goed bereikbaar was, ook via zee, kwamen ze veelal hier terecht.

Iedereen mocht huwelijken voltrekken, en een van de mensen die het graag even tussendoor deed was de plaatselijke smid. Aan de ene kant van zijn smidse stonden de paarden te wachten op nieuwe hoefijzers, terwijl hij aan de andere kant jonge mensen in de echt verbond. Daarbij legden ze hun handen op het aambeeld.

Dat oorspronkelijke aambeeld is er nog en staat als museumstuk in een vitrine. In de loop der jaren is het een traditie geworden om bij een aambeeld te trouwen dus ze staan werkelijk overal. Er wordt nog steeds hevig gehuwd in Gretna Green, zo’n 3.000 keer per jaar. Wat voor zo’n kleine plaats best vaak is.

Gretna Green is tegenwoordig een particuliere attractie met allerlei voorzieningen: horeca, winkels met Schotse producten en souvenirs en een museum in de oude smidse. Je kijkt werkelijk je ogen uit en de capaciteit is enorm. De Lonely Planet doet een beetje neerbuigend over het toeristencircus, maar wij vinden het juist reuze interessant. Gretna Green is een bloeiend bedrijf met een historie van honderden jaren – is toch knap gedaan.

Haggis

We eten een klein hapje in het restaurant en ik laat me overhalen door de opschep-dame om kipfilet gevuld met haggis te proberen. “Als je in Schotland bent moet je het een keer eten, en het is heus erg lekker. Niet bij nadeken wat erin zit.” Wat haggis is? Een mengsel van schapenhart, -long en -lever, aangevuld met reuzel, havermout en kruiden, dat oorspronkelijk gekookt wordt in een schapenmaag. Tegenwoordig worden er vaak ‘gewoon’ worsten van gemaakt.

En hoe het smaakte? De kipfilet, saus en kruiden maskeerden een beetje de orgaansmaak, maar ik proefde duidelijk lever. Ach, het wordt geen favoriet maar het was minder eng dan ik van tevoren dacht.

Op weg naar de camping doen we boodschappen in een Tesco in Dumfries, waar we onder meer vegetarische haggis kopen, een mix van groenten, granen, peulvruchten en kruiden. Die is vast lekkerder.

We installeren ons op camping Sandyhills Bay Holiday Park aan de zuidkust. Mooi sanitair, maar geen camperserviceplek, wat een beetje suf is. De ligging van de camping is schitterend, pal aan een mooie baai, en tijdens een droog moment maken we een wandelingetje langs het strand.

Sweetheart Abbey

Vandaag starten we de Southwest Coastal 300, een toeristische route langs de kust door het zuidwesten van Schotland van 300 mijl lang. We zullen er zo nu en dan misschien iets van afwijken, want je moet pragmatisch omgaan met smalle landelijke wegen.

Het zuidwesten, Dumfries and Galloway, is een schitterende en rustige streek. Zo rustig, dat er best wel wat meer toeristen mogen komen, vindt Visit Scotland; vandaar dat ons deze journalistieke reis is aangeboden met als aanvang dit gebied.

We beginnen met Sweetheart Abbey in New Abbey. De weg ernaartoe is smal, af en toe moeten we middenop rijden om niet in de bomen verstrikt te raken, maar de vergezichten op zee zijn formidabel.

Sweetheart Abbey is een vervallen abdij die in de dertiende eeuw is gesticht door Lady Devorgilla als eerbetoon aan haar man, John Balliol. Ze was nogal gek op hem, en had na zijn overlijden zijn hart laten balsemen en dat in een kistje gedaan dat ze continu bij zich droeg. Toen twintig jaar later ook haar tijd gekomen was, is ze samen met het hart begraven in de kerk, waarna de monniken hun klooster voortaan ‘Sweetheart Abbey’ noemden. Naar dat hart dus en alle toestanden eromheen. 

Het complex is zo vervallen, dat het nogal risicovol is om in de dakloze kerk komen. Er worden restauratiewerkzaamheden uitgevoerd om de ruïne zodanig op te kalefateren dat hij geen gevaar meer vormt. We kunnen dus helaas niet naar binnen, voor zover je van binnen kunt spreken als er geen dak is.

Watermolen

Maar no worries, verderop in dit dorp is nog een attractie: een watermolen voor het malen van graan. Deze stamt oorspronkelijk ook uit de dertiende eeuw, maar er is natuurlijk in de loop der eeuwen wel het een en ander aan vertimmerd. De huidige molen is in 1948 buiten gebruik gesteld, maar is inmiddels gerestaureerd en wordt beheerd door ‘Historic Scotland’. Hij ziet er patent uit en ook de binnenkant is tot in de puntjes verzorgd. De vrijwilliger van dienst is er behoorlijk trots op, maar de molen kan nu niet draaien, al is er water genoeg. Een “exotic weed from New-Zealand” gooit roet in het eten.

Dat weed moet met beleid uit de Mill Pond, de molenvijver, worden verwijderd, want het mag zich absoluut niet verspreiden. Het wachten is op experts die een handje helpen. Een andere toerist komt vrolijk binnen en vraagt: “Hoe weet je of het zomer is in Schotland?” Ja hoor, vertel maar, zegt onze lichaamstaal. “Dan is de regen warmer!”

Onze vrijwilliger laat zich niet kisten. “Woensdag gaat de zon weer schijnen”, riposteert hij. “Morgen woensdag of volgende week?”, vraag ik (ik kan zo naïef zijn, zucht). “Volgend jaar. Volgend jaar woensdag!”  

Dumfries en Peter Pan

Het stadje Dumfries heeft een belangrijke regionale functie, en het zal best een aardige plaats zijn, maar in de regen ziet het er toch een beetje somber uit.

We bezoeken Moat Brae House, waar sinds deze zomer het Peter Pan museum gevestigd is. In de tweede helft van de negentiende eeuw zat hier een school, en J.M. Barrie (1860 – 1937), de latere schrijver van Peter Pan, was er leerling tussen 1873 en 1878. Jamie speelde er in de prachtige tuin aan de rivier de Nith uitgebreide zelfverzonnen piratenspellen met zijn schoolvrienden. Eigenlijk mochten de jongens daar niet zo vaak spelen, zeker ’s avonds niet, maar de schooldirecteur was een aardige man die het belang van spelen onderkende en hij kneep een oogje toe als ze weer eens over de muur klommen. 

Die piratenspellen hebben Jamie, later James, geïnspireerd bij het schrijven over de belevenissen van Peter Pan, de jongen die nooit volwassen wordt, en zijn doodsvijand Kapitein Haak. Peter Pan zelf zou verwijzen naar Jamies oudere broer David, die op zijn veertiende was omgekomen bij een schaatsongeluk. Jamies moeder was kapot van verdriet en probeerde zichzelf tevergeefs te troosten met de gedachte dat ‘David altijd een jongen zou blijven’.

Moat Brae is op zijn beurt geïnspireerd door de speelse Peter Pan. Het hele kinderliteratuur-museum ademt spel en het vertellen van verhalen, voor en door zowel kinderen als volwassenen. Het gebouw is prachtig gerestaureerd nadat het in 2009 op het nippertje (drie dagen, dat heb je het wel over een nippertje) van de sloop is gered en doordat veel mensen, onder wie AbFab-actrice Joanna Lumley,  zich met hart en ziel hebben ingezet voor de stichting van dit museum.

We raken gezellig aan de praat met een dame die vers uit een tuin komt (werkkleding, haar in de war, groezelige handen) en die overal bloemen neerzet. Ze blijkt een echte dame, Dame Barbara Kelly, de voorzitter van de Peter Pan Moat Brae Trust. Ze hoopt op meer toerisme in deze streek en wil van Galloway het derde Nationaal Park van Schotland maken. Als we later een gelikte foto van haar in een brochure over Moat Brae zien, herkennen we haar nauwelijks. 

Meer informatie

Alle blogs over Schotland staan op de website metdecamper.nl.

Overnachten

Dalbeattie, Sandyhills Bay Holiday Park, 66202
Borgue, Solway View Caravan & Camping Site, 86053
Port Logan, New England Bay Caravan Club Site, www.caravanclub.co.uk
Biggar, Mount View Caravan Park, www.mountviewcaravanpark.co.uk
Edinburgh, Mortonhall Caravan & Camping Park, 28551
Aviemore, Glenmore Campsite, 60477
Aberlour, Speyside Gardens Caravan & Camping Park, 41766
Garmouth, Garmouth Hotel, Brit Stops
Auldeam, Wester Hardmuir Fruit Farm, Brit Stops
Balnain, Glenurquhart House, Brit Stops
Corpach, Linnhe Lochside Holidays, 50512
Biggar, Carmichael, Brit Stops
De sitecodes verwijzen naar locaties op Campercontact.com, Brit Stops-locaties staan in de gids voor leden van Brit Stops.